Het werkpaard van de Tactische Helikopter Groep is de CH-47D Chinook. Deze robuuste helikopter is in staat grote hoeveelheden personeel en materieel te vervoeren.

De dertien Chinooks in dienst van de Koninklijke Luchtmacht zijn de eerste ter wereld met een zogenaamde Glass Cockpit. Dit houdt in dat het instrumentenpaneel volledig is gedigitaliseerd. Alle informatie die voorheen op klokjes was af te lezen is nu zichtbaar op zes beeldschermen. Ook deze helikopter is uitgerust met elektronische zelfbeschermingsmiddelen wat het mogelijk maakt om ook in vijandig gebied het werk te doen.
Twee piloten vliegen de helikopter en twee loadmasters zijn in de laadruimte aanwezig om de lading te bevestigen en te controleren. Tussen de loadmasters en de vliegers wordt er nauw samengewerkt door middel van voice marshalling. De loadmaster praat de vlieger naar de lading als deze onder de helikopter bevestigt moet worden. De loadmasters kunnen tevens dienen als boordschutter aan de zijkanten of op de laadklep aan de achterkant. Ook luchtmobiele militairen kunnen hiervoor worden ingezet. 

Kleiner dan de Chinook, maar zeer nuttig voor 11 Air Manoeuvre Brigade is de AS-532 U2 Cougar MK II. Hiervan heeft de Tactische Helikopter Groep er zeventien.

De Cougar wordt onder meer ingezet voor transportsteun, herbevoorrading en gewondentransport. De Tactische Helikoptergroep beschikt over de apparatuur om twee Cougars volledig uit te rusten als medevac (medical evacuation) helikopter. Om zichzelf te beschermen beschikt de helikopter over elektronische middelen. De bemanningen van zowel de Chinooks als de Cougars zijn getraind om te kunnen vliegen met nachtzichtapparatuur en zijn dus 24 uur per dag inzetbaar.

Genisten worden vaak gezien als de bouwvakkers van de landmacht. Ze bouwen onderkomens in uitzendgebied, verrichten herstelwerkzaamheden aan gebouwen en bruggen en repareren wegen. Maar wat je kunt maken kun je ook kapotmaken. Ze zijn dan ook uitstekend geschikt om het de vijand zo moeilijk mogelijk te maken.

Om hun taak uit te voeren hebben de genisten heel wat materieel tot hun beschikking. Springstoffen, bouw- en graafmachines, motorkettingzagen, drilboren en allerlei ander handgereedschap. Met al deze materialen zorgen zij ervoor dat de eigen troepen door kunnen vechten en dat het de vijand moeilijk of zelfs onmogelijk gemaakt wordt.

De Apache helikopters die met een air assault operatic meegaan kunnen niet eindeloos in de lucht blijven hangen om de militairen op de grond vuursteun te geven. Daarom is de mortiercompagnie van groot belang voor de luchtmobiele militairen.

De mortiercompagnie levert met twaalf 120 mm mortieren de nodige vuursteun voor de brigade. De maximum schootsafstand van deze zware wapens bedraagt 8100 meter. Omdat 11 Air Manoeuvre Brigade een eind achter de vijandelijke linies kan opereren, moeten ook de mortieren meegaan met de eerste vlucht. De mortieren hangen onder de transporthelikopters en kunnen vier minuten na de landing het eerste schot uitbrengen. De mortiergranaten worden verschoten op uitgestegen en ingegraven infanterie, gebouwen en niet-gepantserde voertuigen.

Omdat bij air manoeuvre alles door de lucht getransporteerd moet kunnen worden, moet het materieel bij voorkeur klein en licht zijn. Om toch de nodige bescherming te bieden tegen vijandelijke vliegtuigen en helikopters, beschikt de luchtverdedigingscompagnie over Stinger-raketten.

De luchtverdedigingscompagnie beschikt naast de Stinger ook over de WALS-radar. Deze stelt hen in staat om op twintig kilometer afstand het verschil te zien tussen vliegtuigen en helikopters. Het maakt zelfs onderscheid tussen eigen vliegend materieel en dat van de vijand. Een dodelijke combinatie met de Stinger. Ze worden ingezet voor de beveiliging van helikopter landingsplaatsen, logistieke opslag en het verzamelgebied.

Omdat de raket door een man bediend kan warden is het verschrikkelijk moeilijk om ze op te sporen en uit te schakelen. Als de piloot weet dat ze er zitten is het vaak al te laat.